Hennie Kroeze
Tonny Kroeze, de vader van Hennie was in 1954 al speedway-kampioen van Nederland geweest. Hij was overigens een allround motorcoureur en vormde met liefst zeven broers het stuntteam de Motorkozakken. Het kon niet anders of Hennie werd ook een beoefenaar van de motorsport. Nog maar tien was hij toen hij al op een 125CC Villiers door Twente crosste en kort daarop reed hij al op een 500CC Indian door de straten van Zenderen.
Ondanks valpartijen besloot hij al vroeg om aan wegraces deel te nemen. Niet zijn vader, maar streekgenoot Koos Zwierink zette Hennie op het spoor van de speedway. Hij was 18 jaar toen hij zijn eerste rondjes op een speedwaymachine reed in Stadion Veldwijk in Hengelo. Twee jaar later (1972) nam hij de machine over van Koos en nam hij dat jaar deel aan een speedway-cursus in Engeland. Hij leerde er veel en zijn prestaties vorderden snel. Terug in Nederland vertaalde zich dat in het behalen van zijn eerste nationale speedwaytitel. Hennie Kroeze had de smaak te pakken, speedway zou een heel belangrijke rol in zijn leven gaan spelen en hij zou het ver gaan schoppen in deze tak van sport.
Hij verhuisde in 1974 samen met zijn vrouw Janny naar Engeland en meldde hij zich aan bij de trainingsschool van zesvoudig wereldkampioen Ivan Mauger. Kroeze zou zeven jaar in Engeland blijven. Hij reed in die jaren in de Engelse competitie: vier jaar in het team van Halifax bij 'The Dukes', een jaar in Bristol bij 'The Buldogs' en twee jaar in Sheffield bij 'The Tigers'. Het Britse speedway, waar hij constant werd geconfronteerd met de complete wereldtop, was een keihard bestaan. Je werd alleen betaald als je punten scoorde.
In de periode 1972 t/m 1986 behaalde Kroeze in Nederland maar liefst tien keer de titel van landskampioen Speedway. Deze prestatie is nooit geëvenaard. De bekendheid van de speedway-sport en de naam Hennie Kroeze waren onlosmakelijk met elkaar verbonden. Slechts weinig Twentenaren beoefenden het speedway-rijden maar vrijwel iedereen kende Hennie Kroeze van de sportpagina’s. Tijdens het FIM-Congres dat op 5 november I98I in Tokio werd gehouden, werd Hennie Kroeze in de baansportcommissie gekozen als rijdersvertegenwoordiger. Deze functie bekleedde hij tot en met I986. Tezelfdertijd, van I982 tot en met I986, was hij captain van het Duitse team van M.C. Norden.
Het jaar I987 zou voor Kroeze in meerdere opzichten een bijzonder jaar worden. In september lonkte het WK Speedway in Amsterdam, waarbij Nederland als organiserend land een startplek kreeg toegewezen, die uiteraard door Hennie Kroeze zou worden ingevuld. Vooraf ging er nogal wat mis. In het voorjaar kwam Kroeze zwaar ten val. Hij scheurde daarbij niet alleen de kniebanden van zijn linkerbeen, maar liep ook een kapotte meniscus op. Deelname aan het WK leek onmogelijk, maar Hennie herstelde net op tijd. Althans, hij reed met aanhoudende pijn, behaalde slechts één punt en werd uiteindelijk 16de.
1988 zou het laatste jaar zijn dat Hermie Kroeze nog aan wedstrijden deelnam. Hij was inmiddels 38 jaar en wilde zijn carrière op een rustige wijze afbouwen. Met de regelmaat van de klok boekte hij weer de nodige successen, maar ook dat jaar werd hij niet door het noodlot gespaard. Tijdens de EK-finale grasbaanraces in het Friese Joure raakte Kroeze met zijn voorwiel het achterwiel van de voor hem rijdende Erik Drayer waarbij beide machines - inclusief de coureurs - dwars door de houten schutting vlogen. Kroeze brak zijn rechterkuitbeen op diverse plaatsen. Het betekende het definitieve einde van een prachtige carrière in de baansporten speedway en grasbaanraces.
In al die jaren had hij van de speedway geleefd. Met zijn vrouw Janny reisde Hennie de halve wereld rond en reed hij zijn wedstrijden in meer dan veertig landen. Het speedway was zijn leven en het reizen stond het echtpaar niet tegen. Integendeel, het was eigenlijk één grote lange vakantie. Op de palmares van Hennie Kroeze staan meer dan honderd gewonnen wedstrijden. Tot de mooiste overwinningen behoren die om de ‘Gouden Helm’ in het Olympisch Stadion van Amsterdam. Internationaal verwierf hij aanzien met het record dat hij vestigde in de in de Engelse league: in zeven achtereenvolgende heats behaalde hij 21 punten, ofwel het maximum.
Het publiek bewonderde hem om zijn 'alles of niets' -rijstijl waarmee hij zich vaardig vanuit de achterhoede naar voren wist te werken; zowel binnen- als buitenom passeerde hij de concurrentie op listige wijze.
Het kostte Hennie Kroeze veel moeite het leven dat hij zoveel jaren geleefd had te ontwennen. Hij probeerde het wel, liet zich omscholen tot machinebankwerker, maar kwam erachter dat een geregeld leven niets voor hem was. Hij begon zich toe te leggen op het restaureren van klassieke motorfietsen. Op een zondag in 1996 zou zijn leven een andere wending krijgen. Bij gelegenheid fungeerde hij als stuntman in de steilewand-attractie op de kermis in Tubbergen. In eerste instantie liep het experiment niet goed af. Hennie raakte een staalkabel en stortte naar beneden. Zwaar gekneusd en met twee gebroken rugwervels belandde hij in het ziekenhuis. Ondanks deze zware val besloot Kroeze een eigen steilewandshow op poten te zetten. Geschikte motoren had hij al: een Indian Scout uit 1925 en twee Indians uit 1928, afkomstig uit de erfenis van zijn vader. Juist deze motorfietsen waren uitermate geschikt voor dit doel. Ze produceren een fantastisch geluid en ze zijn ‘oliedicht’. Uit het gesloten systeem kan geen olie lekken, wat levensgevaarlijk zou zijn op de houten wand. Hij kocht in Frankrijk een veertig jaar oude steilewand attractie, knapte deze op en trekt vanaf 1997 met zijn ‘Wall of Death’ langs kermissen, braderieën en volksfeesten.
Bron: Frans Geurts. Adel in het Zadel: 100 jaar motorsport in België en Nederland van A tot Z. Deel 2. 2002.
Geboren: | 11-03-1952 Zenderen | |
Laatst bijgewerkt op: | 19-03-2014 |